Kun je te vaak te communie gaan? Ik denk eigenlijk van wel. Zoals bij elk medicijn, bij alles wat heilzaam is, kun je er op een bepaald moment ook "te veel" van hebben. Als je een goede vriend hebt die je maar om de vijf jaar ziet, dan zal het contact véél intenser zijn dan wanneer je die alle dagen ziet. Het is juist omdat er af en toe afstand is, dat ook intense nabijheid kan.
Kun je te weinig te communie gaan? Ik denk van wel. De vraag doet me denken aan een vriend, waar je twee keer per jaar een kaartje naar stuurt (met Kerstmis en op de verjaardag) en daarna nooit, nooit in jaren zelfs maar één enkele keer contact hebt. Zo'n vriendschap riskeert een lege doos te zijn.
Wat is dan de goede maat? De wijsheid van de Kerk heeft na eeuwen gezegd dat het beste ritme één keer per week is, op zondag. De Orthodoxe kerk geeft trouwens uitsluitend op zondag communie ‑ één keer per week is daar tegelijk het maximum. Eén keer per week ‑ vaker mag, voor heel wat mensen is het goed dat het vaker kan, misschien zelfs één keer per dag. Als het minder is dan één keer per week, omdat je er door ziekte, werk of andere een keer niet kan bij zijn, dan is dat zeker geen ramp.
Maar de beste manier om te communie te gaan is als je de hele Eucharistieviering hebt bijgewoond. Zoals het een beetje formeel aanvoelt om iemand een hand of een kus te geven zonder er vervolgens een gesprek mee te hebben, zo is de communie eigenlijk het sluitstuk van de Eucharistie en is het wat 'verminkt' als je het éne los trekt van het andere. De Kerk heeft daarin veel bijgeleerd: ik heb nog ooit het gebruik gezien, dat men bij het begin van de mis communie uitdeelde, voor de mensen die moesten werken en niet konden blijven. Of ik heb ook nog gehoord van de traditie, dat mensen slechts één keer per jaar te communie gingen, ook al gingen ze elke week naar de mis. Nee: de twee horen samen en alleen daar ligt het evenwicht. Je kunt trouwens ook geen absolutie hebben zonder voorafgaande belijdenis in de biecht, geen vormsel zonder voorafgaande geloofsbelijdenis, geen wijding zonder de aanroeping van alle heiligen enzovoort.
De pastorale ploeg heeft zich gebogen over de (nogal theoretische) vraag of we willen niet‑Eucharistische gebedsdiensten organiseren in onze pastorale eenheid mét communieuitreiking. De vraag is inderdaad nogal theoretisch omdat ze zich op zondag nog nooit gesteld heeft in onze eenheid en op weekdagen nog maar één enkele keer. Het zou eigenlijk een misverstand zijn om een gebedsmoment te onderschatten. In elk gebed laat God zich raken. In de lezing van het Evangelie raakt Christus ons, zelfs als er geen sprake is van een Eucharistie. Maar juist omdat een gebedsdienst op zichzelf waardevol is (denk bijvoorbeeld ook aan de Mariagebeden in mei, aan de momenten van aanbidding, ...) en omdat de communie alleen ten volle tot haar recht komt als ze het sluitstuk is van de Eucharistie, dat de ploeg de twee niet wil koppelen. Anders riskeer je bovendien gebedsdiensten te maken die eigenlijk een beetje 'vervangende misjes' zijn, alsof je het 'misje' hebt van de pastoor en het 'misje' van andere mensen, terwijl er in de Kerk alleen de mis van Christus bestaat.
In het gesprek bleek dat het niet evident aanvoelt, dat het wat aanvoelt alsof het een verarming is 'om niet de communie te krijgen' op sommige momenten. Maar zoals reeds gegeven voorbeelden duidelijk maken: ook rond deze cruciale kwesties evolueert de Kerk en de gebruiken van vóór het concilie op dat punt zijn vandaag dusdanig veranderd, dat we ons gewoon niet meer kunnen voorstellen dat ze ooit hebben bestaan. Dat is wat het concilie bedoelde met "als Volk van God zijn we onderweg", samen op stap om steeds beter de rijkdom te begrijpen van Christus gave.
Tony, pastor
Reacties
Om reacties te zien en te reageren op dit artikel moet je je eerst even aanmelden via het menu bovenaan. Tot gauw.