Stichting en beginperiode | Kerknet
Overslaan en naar de inhoud gaan

Recent bezocht

Bekijk je recent bezochte microsites, auteurs en thema's
kerknet
  • Hulp
  • Startpagina portaal
  • Mijn parochie
  • Aanmelden of registreren
Menu
  • Startpagina
  • Kerk
  • Vieringen
  • Shop
  • Zoeken
Zusters Bernardinnen

Zusters Bernardinnen

  • Startpagina
  • Contacten
  • Zoeken
  • Meer
    • Zoeken
    • Wie zijn we Spiritualiteit Roeping en religieus leven
      Een getuigenisIets voor jou?Vorming voor het religieuze leven
      Gemeenschap Gent: Rabboeni Voor jongeren en jongvolwassenen Over de grenzen: Afrika
      Projecten in AfrikaRwandaTsjaad Burkina Faso
      Acht eeuwen geschiedenis
      BronvermeldingVan het begin tot de 19e eeuwEen nieuwe tijd: naar de twintigste eeuwVernieuwing na Vat IITot op vandaag
      Liturgie
      Liturgie als fundamentGebedstijden en gebedsintentiesLezingen voor de komende zondag
      Contact

Stichting en beginperiode

icon-icon-artikel
Gepubliceerd op vrijdag 11 december 2015 - 16:01
Afdrukken

Stichting

De christelijke naastenliefde richt zich naar elke mens, ook naar de hulpeloze, de arme, gebrekkige en zieke mens. Maar om de zieke te verzorgen heeft men aangepaste instellingen nodig, bekwaam en toegewijd personeel.

Het hospitaalwezen ontstaat in West-Europa pas in de 7de eeuw, in de omgeving van kloosters en kerken. In naam van de gastvrijheid en de naastenliefde stellen monniken en priesters kamers ter beschikking voor hun gasten (hospes-hospites, vandaar hospitaal, gasthuis). Vooral pelgrims en reizigers komen er onderdak vragen, maar ook zieken worden er opgenomen.

Door de demografische groei, door de opbloei van de handel en de steden is er vanaf de 12de eeuw een toenemende nood aan huizen waar reizigers, kooplui, bejaarden, armen en zieken geherbergd worden. In de steden nemen zowel de burgerlijke als de kerkelijke overheid het initiatief om in deze nood te voorzien door het oprichten van hospitalen of door bestaande instellingen onder hun toezicht te plaatsen. Vaak wordt de dienst verricht door religieuzen. Zo ontstaan op het einde van de 12de eeuw in tal van steden hospitalen. Tegen deze achtergrond situeert zich ook het begin van het Onze-Lieve-Vrouwehospitaal te Oudenaarde.

 

Het ontstaan van het O.-L.-Vrouwehospitaal

Het ontstaan van het O.-L.-Vrouwehospitaal situeert zich aan het einde van de 12de eeuw. Wanneer de stichting precies heeft plaatsgehad, is moeilijk te achterhalen. Wel kan met zekerheid gezegd worden dat het hospitaal reeds bestond in 1202. Er is een oorkonde bewaard waarin staat dat Boudewijn van Constantinopel, graaf van Vlaanderen, aan het hospitaal belangrijke goederen schenkt, o.a. een stuk grond om een molen op te richten. De akte werd opgesteld te Kamerijk, de vrijdag voor de afreis van de graaf naar de kruisvaart, in het jaar 1202. Voor die tijd was het bezit van een molen heel belangrijk. Om het even welke gemeenschap had dit nodig om te kunnen voorzien in haar bestaan, hoeveel te meer dan het hospitaal waar zowel inwonenden als toevallige gasten moesten gevoed worden.

Tot de ondertekenaars van de oorkonde van 1202 behoort een priester Arnulfus, een van de vier kanunniken van Oudenaarde. Hij zou de stichter zijn van het huis.
Arnulfus wou in zijn parochie een onderdak verschaffen aan arme en vermoeide pelgrims. Hij bouwt een toevluchtoord buiten de stadsmuren - op het grondgebied van het huidige Bevere - opdat het bereikbaar zou zijn wanneer de stadspoorten gesloten waren.
Waarschijnlijk behoorde Arnulfus tot de familie van de heren van Oudenaarde en begon hij het passantenhuis op een stuk grond dat hij in erfenis had en gelegen was naast de Einepoort (huidige Bevere). Arnulfus doet beroep op enkele mannen en vrouwen die vanuit een evangelische bewogenheid de zorg voor deze mensen opnemen.

In 1224 neemt Walter van Marvis, de bisschop van Doornik, de kleine religieuze gemeenschap in het hospitaal onder zijn bescherming. Hij weet zich getroffen door de manier waarop zij "God en zijn armen dienen en liefhebben". Hij geeft hun een eerste levensregel.

In het Onze-Lieve-Vrouwehospitaal worden voornamelijk 'arme' zieken verzorgd, in bepaalde perioden ook pestlijders. Het stond open zowel voor poorters van de stad Oudenaarde als voor niet-poorters.

Via schenkingen en aankopen weet het hospitaal zich tussen 1200 en 1300 een patrimonium op te bouwen van ongeveer 800 ha - in die tijd de oppervlakte van een middelgrote parochie - gelegen in de omgeving van Oudenaarde en ver erbuiten in 70 dorpen in Oost- en West-Vlaanderen. De gronden werden ondergebracht in een aantal grote pachthoeven.

Twee derden van de inkomsten van het hospitaal komen van pachtgelden, wat de instelling kwetsbaar maakt bv. bij oorlog of bij misoogsten.
De uitgaven gaan voor 1/3 naar de maaltijden en het onderhoud van de zieken en de zusters; 1/3 voor de aankoop van medicatie, kruiden, granen en jonge dieren; 1/3 gaat naar personeelskosten en kosten voor het onderhoud van de gebouwen, vooral de pachthoeven.

 

IC69.jpg

Detail van de kaart van Jacob van Deventer, ca. 1560. Links van de Meerspoort ligt het klooster en de kerk van de minderbroeders, vervolgens de Walburgakerk en links van die kerk het hospitaal.  © Bron: SAO

Gepubliceerd door

Zusters Bernardinnen

Meer

Artikel
geschiedenis
Oudenaarde

Deel dit artikel

Deel op Facebook
Deel op Twitter
Deel via e-mail

Lees meer

Hoe ondersteun je dementerenden? © Freepik
Lees meer

Ethiek van euthanasie bij vergevorderde dementie

icon-icon-evenement
Belgische jongeren - WJD Portugal 2023 © Don Bosco
readmore

Jaarrapport van de katholieke Kerk in België 2024

icon-icon-persbericht
Een gedeelde missie voor alle gedoopten
readmore

Gebedsintentie paus oktober 2024: voor een gedeelde missie

icon-icon-inspiratie

Reacties

Om reacties te zien en te reageren op dit artikel moet je je eerst even aanmelden via het menu bovenaan. Tot gauw. 

Recent bezocht

Bekijk je recent bezochte microsites, auteurs en thema's
© 2025 Kerk en Media vzw
Vacatures
Contact
Voorwaarden
YouTube
Twitter
Facebook