Voor het eerst in de geschiedenis van onze kerk werd deze hoogdag zoals alle andere opnieuw door de leden van de beide Confréries opgeluisterd door hun aanwezigheid, maar dit keer niet in toga, maar omwille van de Coronatijd in burgerkledij. Ze namen plaats vooraan in de kerk, dus niet apart in de gildebanken vooraan links en rechts, en gemengd door elkaar, op veilige afstand, zoals ook al de andere gelovigen. Er waren 76 gelovigen aanwezig in de kerk... Langzaam komen meer en meer gelovigen ons vervoegen, ze begrijpen nu ook al beter al de genomen veiligheidsvoorschriften... (handen ontsmetten, mondmasker aan, naam en telefoonnummer opgeven, aansluitend op de plaats die de stewards aanduiden zitten, van vooraan te beginnen, ontruimen van de kerk langs de zijdeuren...
Iedereen kreeg een voorbehouden plaats, en het was goed voor de Confréries om eens de “geplogenheden” te doorbreken, en samen aanwezig te zijn als grote groep van echte confraters. Dit keer konden sommige aanwezige echtgenotes zelfs naast hun gildelid-echtgenoot plaats nemen. Hoewel beide gilden een andere patroonheilige (de H. Catharina of de H. Markoen) hebben, en ze ontstonden op andere momenten in de geschiedenis van de kerk, heeft er nooit vijandschap of afgunst tussen beide bestaan. Ooit was er in onze kerk zelfs nog een verering voor de H. Donatus (zie zijn vaandel in de kerk), en ooit was er zelfs een echtgenote van een gildelid meer dan 50 jaar lid van de gilde van de H. Catharina. Ze werd zelfs in de kerk begraven, zoals dat heel lang geleden de gewoonte was. De tijden veranderen, de gildebroeders die als taak hebben de religie te ondersteunen, en hulp te bieden zo nodig in de kerk, zijn allen zonder uitzondering even nodig in onze kerk, en ook broeders voor elkaar. Ooit was het misschien anders werd me verteld, en werd er weinig samengewerkt, maar deze tijden zijn al lang voorbij... De gildebroeders waarderen mekaar, ook al hebben ze een andere patroonheilige en vieren ze op een andere maandelijkse zondag hun patroonheilige zoals dit in hun statuten verplicht wordt voorgeschreven. Deze samenkomst tussen mekaar in was dus het bewijs van de zij het dan symbolische “verbroedering” in de kerk! Samen blijven we in de toekomst de hoogdagen opluisteren, met respect en waardering voor ieders eigenheid, als dienaars van hetzelfde doel...
Dank aan onze pastoor en iedereen die meehelpt om deze Eucharistievieringen blijvend te kunnen organiseren. Dank ook aan alle gelovigen, voor het zo goed opvolgen van alle richtijnen, die als enige doel de veiligheid van iedereen beogen.
F.D.C