Van 20 tot 25 september was ik op Romebedevaart met zo’n 80 deelnemers waaronder 4 priestercollega’s. Eén van hen was Johan Dobbelaere uit Brussel. Door de cyberaanval op de vooravond van ons vertrek konden we pas 3u30 later vertrekken. Eens ter plekke was dit ongemak vrij snel vergeten. In dit jubeljaar was het de bedoeling om als Pelgrims van hoop langs de vier grote basilieken van Rome te trekken en daar ook samen eucharistie te vieren. We starten in de Sant Maria Maggiore waar Johan voorging en de 45e verjaardag van zijn priesterwijding vierde en Patrick Maervoet zijn 39e. We baden ook voor pastor Gino die dezelfde ochtend in Evere begraven werd. Het korte gebed aan het graf van paus Franciscus in deze basiliek was een eerste hoogtepunt van onze bedevaart. De volgende dag, op zondag, vierden we met de Italiaanse gemeenschap, in Sint-Jan van Lateranen, de bisschoppelijke kerk van de paus. Zo vormt ze de moederkerk van alle kerken. We bezochten het nabijgelegen baptisterium en de Heilige Trap om ’s namiddags naar de catacomben van San Callisto te gaan. Het werd een indrukwekkend bezoek aan deze plek waar christenen ondergronds samen vierden en hun doden begroeven. De dag erna waren we reeds vroeg op pad om naar het graf van Petrus te trekken. Het lege St-Pietersplein onder de stralen van de opgaande zon maakte nu nog meer indruk. Vieren in de crypte van de basiliek naast Petrus’ graf maakte een diep en dankbaar gevoel los bij allen. Dan wachtte een bezoek aan de imposante koepel, met de lift of voor de dapperen helemaal te voet, zo’n 520 treden. Het machtige uitzicht over de stad vergoedde ruimschoots de inspanningen. ’s Namiddag konden we kiezen tussen een bezoek aan het Colosseum of het Belgisch College, dat slechts twee straten van onze verblijfplaats lag, Casa La Salle, van de Broeders van de Christelijke Scholen. ’s Anderendaags trokken we naar de laatste basiliek: St-Paulus buiten de Muren, dat is een eindje rijden en dus ook heel wat rustiger. We vierden er eucharistie met een grote groep Poolse bedevaarders. ’s Namiddags werden we verwacht in St-Juliaan der Vlamingen. Sinds 1844 is dit de nationale kerk van de Belgen maar de gastvrijheid van kerk en vroegere hospitaal gaan terug tot de vroege middelleeuwen. Vlamingen die in Rome woonden of op doorreis waren verwezen naar deze plek. We werden er onthaald door Gaby Quicke, priester van bisdom Brugge en rector op deze plek. De volgende dag keerden we terug naar het St-Pietersplein voor de algemene audiëntie met de paus. Een bijzonder moment om dit live en met vele duizenden pelgrims te beleven. Zelfs de regen kon ons enthousiasme niet wegspoelen. Dan volgde een vrije namiddag waarbij we in kleine groepjes met het openbaar vervoer naar de stad trokken en het obligate Italiaanse ijsje aten op de Piazza Navona. En of het smaakte!. Even de Spaanse trappen op en af en dan nog wat aandenkens kopen in de officiële winkel van het jubeljaar. De laatste ochtend ging het richting Castel Gandolfo met de Villa Pontifica, het buitenverblijf van de paus en de bijhorende prachtige tuinen. Tot slot dankten we God in de eindeucharistie in onze verblijfplaats. Er was een uitgebreid woord van dank voor Dirk De Gendt, regiodeken van Mechelen, die deze bedevaart organiseerde. Iedereen was in de wolken. Mensen die mekaar nooit eerder gezien hadden werden een hechte groep bedevaarders. Wellicht is dat het verschil tussen een gewone reis en een bedevaart. Bij de laatste ben je samen onderweg met een gemeenschappelijk doel en openen mensen zich voor mekaar en gaan ze voor mekaar zorg dragen. Het was intens maar zo deugddoend als Vlaamse pelgrims onderweg te zijn, verbonden met de wereldkerk in dit jubeljaar. En ook God zag dat het goed was…