HOMILIE DEKEN MARC : VOORSTELLING PAROCHIEPLOEG ERPE-MERE
Bij uw volgende vakantie, u mag er al eens van dromen, moet u eens de kathedraal van Chartres in Frankrijk bezoeken: één van de mooiste kathedralen van West-Europa. Boven het zuidportaal zijn er 4 schitterende glasramen.
Vier grote profeten uit het Oude Testament zijn er op afgebeeld. En op hun schouders dragen zij ieder één van de vier evangelisten. Mattheüs zit op de schouders van de profeet Jesaja. Lucas zit op de schouders van Jeremia. Johannes op de schouders van Ezechiël en Marcus op die van de profeet Daniël. Zo hebben de glazeniers uitgebeeld dat het Nieuwe Testament steunt op en gedragen wordt door het Oude Testament. Ja, wie op de schouders mag zitten van anderen, wie mag steunen op de ervaringen van anderen, zit hoog en kan ver kijken.
Je daarvan bewust zijn als gelovig mens van vandaag, is ook beseffen dat wij het geloof niet uitgevonden hebben, of zelf niet gemaakt hebben. Ons geloof rust en steunt op de geloofservaringen van anderen, van vele mensen, generaties voor ons. Bij geloven is het nooit ‘ik vind’, of ‘ik denk’, of ‘in onze parochie vinden we’. Het gaat veeleer om die grote stroom van geloofservaringen die aan ons eigen leven zijn voorafgegaan. Ja, Christus, dat is die enorme reus, op wiens schouders wij als gelovigen van Erpe-Mere mogen steunen, Hij is die ene boom, de ene stam, op wiens schouders wij als kleine soms wankele gelovigen mogen steunen.
Als u het mij toestaat, goede mensen, wil ik even teruggrijpen naar het evangelie van vorige zondag: de laatsten zullen de eersten zijn, was daar de kernboodschap. Het evangelie schetst er eigenlijk een basiseigenschap van het evangelie: over hoe God de wereld droomt, over hoe God de wereld voor ogen heeft. In dat Rijk Gods wordt er niet gedacht in termen van bazen en knechten, maar wel in termen van broeders en zusters. Er is daar geen ruimte voor de successtory van sterken. De grote baas toont ons bij het laatste avondmaal hoe hij als een dienaar voor zijn vrienden door de knieën gaat en hun voeten wast. Geen baas, maar een dienaar, geen heer, maar een knecht.
In de wereld zoals God die voor ogen heeft, telt het recht van de zwakste even sterk en zelf nog een tikkeltje meer, als het recht van de sterkste. Het is een oer-Bijbels thema dat steeds weer terugkomt: deze wereld omgekeerd, de laatsten zullen de eersten zijn, de kleinsten zijn het grootst! Ja, want God kijkt niet zoals een mens kijkt, God kijkt naar het hart! Op die geloofservaring mogen wij steunen. Op zulke schouders durven wij zitten om vooruit te kijken, hoe wij hier ter plaatse in Erpe-Mere kerk verder uit willen bouwen.
Goede mensen van Erpe-Mere, nu we bouwen aan nieuwe structuren, aan een nieuwe parochie, met veel vallen en telkens weer opstaan, is het goed voor ogen te houden hoe Jezus de wereld droomde! Hier gaan vandaag een aantal mensen voorgesteld worden, die elk op hun eigen manier en eigen competentie verantwoordelijkheid zullen dragen in die nieuwe parochie. En dat zijn geen bazen, maar in de eerste plaats broeders en zusters van u allen, die in dienst van de kerk willen staan, om iets van die droom van God waar te maken. Mag dat het beeld zijn voor een parochie en een parochieploeg: mensen in verscheidenheid die de goede boodschap van God willen uitdragen. Ze willen mensen verbinden met mekaar. Ja, dat is misschien een parochie vandaag: een oefenplek om Gods naam: ik zal er zijn voor jou, om dat waar te maken, een oefenplek om ‘God te doen’ hier ter plaatse. Wij hebben mekaar niet gekozen, maar het is misschien wel een cadeau aan elkaar, om samen die gemeenschap, die oefenplek te mogen zijn. En daartoe wordt vandaag de parochieploeg gezonden, hier ter plaatse, om dienaar te mogen zijn, om de voeten te wassen, om teder om te gaan met elkaars kwetsbaarheid, om te laten voelen dat mensen in Gods naam welkom zijn. Is dat niet onze droom, Gods droom: dat steeds meer mensen zouden zeggen: ’t doet deugd bij die gemeenschap te horen, dat steeds meer mensen zouden voelen: hier ‘gebeurt’ God!
Ik wens het jullie allen toe, met respect voor de eigenheid van elkeen, en van de levende gemeenschappen ter plekke, maar met een dringende uitnodiging ook, om over die oude kerkplekken heen, mekaar de hand te reiken, om samen te werken, om samen ‘Gods naam te doen’: ik zal er zijn voor jou!
Marc Verwaeren, pastoor-deken Aalst
Reacties
Om reacties te zien en te reageren op dit artikel moet je je eerst even aanmelden via het menu bovenaan. Tot gauw.