Bezinning
Lied van Ezechiël
Toen ik daar zat, verweesd en zonder lied,
aan Babels stromen. Toen ik daar verloren
kroop langs de wegen van dat doodsgebied,
vloekend de nacht waarin ik werd geboren.
Toen ik Hem zag in zijn metalen licht,
in storm van wolken morgenlicht doorschenen,
mensengestalte, stralend vergezicht –
en ik viel neer, voor wie? Daar in den vreemde.
Toen Hij mij riep: Sta op, o mensenkind.
En ik stond op, recht overeind, en hoorde
vleugels van vuur en adem, nieuw bewind.
En ik verstond de eens gegeven woorden:
dat Hij zijn volk bevrijdt, zijn huis herbouwt,
dat Hij ons dor gebeente doet herleven,
dat Hij zijn maaksel vast in handen houdt,
dat in zijn boek mijn dagen staan geschreven.
Die mij tot stem en wachter heeft gemaakt
dat ik zijn Naam zou roepen in uw oren,
mensen der aarde, zo ontheemd geraakt
die is uw God. Hij laat u niet verloren.
Huub Oosterhuis
Bij de lezingen
Waken en hoeden
In het boek Genesis vraagt Kaïn aan God of hij de hoeder van zijn broeder is. Daarover gaat het in de lezingen van deze zondag. Hoe ver reikt onze verantwoordelijkheid voor onze medemensen, gemeenschap, samenleving …?
In Ezechiël 3:16-21 vertelt de profeet hoe God hem aanstelde als wachter over zijn volk Israël. Hij legt uit dat de wachter de verantwoordelijkheid heeft om een volk te waarschuwen op het moment dat dit volk een koers vaart die ingaat tegen het doel dat God kenbaar gemaakt heeft. Als het volk dit ter harte neemt en berouw toont, zal het gered worden. Zo niet, dan komt het onder Gods oordeel.
Ezechiël moet zijn mond opendoen, waarschuwen en bemoedigen.
En zoals de profeet verantwoordelijk is voor heel het volk, zo is ieder mens verantwoordelijk voor zijn medemens. Daarover gaat het evangelie van Matteüs, specifiek over de vraag hoe je in een christelijke gemeenschap best omgaat met iemand die jou kwaad aandeed.
Matteüs geeft daarna meerdere mogelijkheden aan om bruggen te slaan. Om toegangswegen te zoeken naar elkaar.
Probeer eerst ‘onder vier ogen’ te praten over wat er gebeurde en fout loopt, zegt de evangelist.
Lukt dat niet, haal er dan twee of drie anderen bij die weten waarover ze spreken –vandaag de dag halen we er ook een bemiddelaar bij– en probeer zo samen te spreken. Met de bedoeling om elkaar beter te verstaan, bruggen te slaan.
Als dat niet lukt, dan moet de zaak voor de hele gemeente komen, zegt het evangelie.
Als alle mogelijkheden helemaal uitgeput zijn, dan is er geen plaats meer in de gemeenschap voor de mens die niet wil meewerken.
Het belang van de gemeenschap staat voorop.
Stof om over na te denken …
De Werkgroep Liturgie