Een groot feest vraagt voorbereiding, daar zijn we het allemaal over eens. Meestal denken we dan aan de praktische voorbereiding: wat gaan we eten, hoe gaan we de tafel dekken, hoe gaan we de mensen aan tafel plaatsen, welke versieringen brengen we aan, wie doet de inkopen en waar en wanneer en zo zou ik nog een tijdje kunnen doorgaan. Dat zijn echter allemaal praktische voorbereidingen, nodig en noodzakelijk.
En dat is zeker ook het geval voor het Kerstfeest. Ik hou van de symbolen van de Adventstijd. Ute zorgt thuis voor een adventskrans met grote dikke kaarsen op de woonkamertafel en daar kunnen we er elke zondag één meer van branden. Dikwijls is er nog een adventskalender in huis, zo ééntje met deurtjes om open te doen en daar een chocolade of iets anders uit te halen. De ‘echte’ adventskalender van Welzijnszorg halen we natuurlijk ook in huis en we zetten een mooie grote ‘echte’ kerstboom (ik weet het, ecologisch niet OK, maar wat is een appartement zonder dennengeur en een gans jaar zonder verloren gelopen afgevallen dennennaalden) en de drie koningen stappen elke dag een beetje korter naar de stal. En ja, de twee ganzen zullen in Duitsland gehaald worden om op Kerstdag in onze oven te verdwijnen. En onze zoon komt enkele dagen vanuit München naar huis. Ja, dat is allemaal Kerstsfeer, Advent, de echte – niet die van Winterpret.
Maar op een echt groot feest bereid je je ook mentaal voor – geestelijk of spiritueel zeggen wij als gelovigen. En dat is zeker het geval voor het Kerstfeest. Gelukkig helpt de Kerk ons daar ook een serieus stuk bij – wat een geluk, anders moesten we het allemaal zelf uitvinden. En zo komen we dan bij de spirituele Advent. Nu is er wel elk jaar een Advent, en toch is de liturgische Advent elk jaar anders. Trouwens, het liturgisch jaar begint met de Advent en zonet zijn we het C-jaar gestart waarin het Evangelie van Lucas centraal staat.
We gaan ons richten op de Eindtijd, hetgeen we in de Kerk niet zo dikwijls doen. Maar het begin (Kersttijd met de eerste komst van Christus als mens) en het einde (met de wederkomst van Christus op het einde der tijden) horen samen. En, dat zal de liturgie ons leren (mochten we het ondertussen vergeten zijn), dé adventshouding is die van de waakzaamheid en dé Adventsfiguur bij uitstek is Johannes de Doper, de Wegbereider. Ik heb een bijzondere genegenheid voor Johannes. De leidspreuk van de diakenwijding van Emiel en mij, nu twee jaar geleden, was ‘Om ons te geleiden op een weg van vrede’, de laatste woorden van de lofzang van Zacharias, de vader van Johannes. Diezelfde lofzang waarin hij Johannes betitelde als ‘profeet van de Allerhoogste want gij gaat voor de Heer uit om zijn weg te banen’. Een blijvende oproep aan ons allen om Jezus ter sprake te brengen (voor de taalvaardigen onder ons) of om voor te leven (voor de doeners onder ons). Want Jezus kan enkel komen waar zijn weg door anderen wordt gebaand.
Lieve Wegbereiders allemaal, ik wens jullie een Zalige Advent!
Diaken Dirk