Bij het begin van de veertigdagentijd kwamen ook de kinderen van de Wingense basisscholen samen voor een woord- en gebedsviering. “Samen delen, samen delen, alles wat we hebben samen delen” hoorden de leerlingen in het openingslied. Tijdens de veertigdagentijd willen we vooral delen met wie het moeilijk heeft. Zo brengen we terug een beetje licht in anderen hun leven. Geen licht dat een bos in brand steekt, ook geen licht dat de zee in vuur en vlam wil zetten, maar het licht van een kaars.
Daarom stonden de kinderen recht, hielden hun handen mooi tegen elkaar en brachten hun handen boven het hoofd. Zo beeldden ze uit een kaars te willen zijn met een lichtje voor anderen. Maar een kaars die brandt, wordt kleiner. Dat is vasten: zelf kleiner worden en met minder te tevreden zijn, zodat anderen groter worden en méér kunnen krijgen.
Door te delen en te vasten werken we mee aan de actie Broederlijk Delen die werk wil maken van een mooiere wereld zonder ongelijkheid. En we vragen dat Jezus ons daarbij wil helpen. We maken tijd om te bidden. Als 25 % van de mensen delen, vasten en bidden, krijgen we een 100 % andere wereld.
Zelfs elke kleine goede daad is al een begin van die andere wereld, want uit een mosterdzaadje kan een grote boom ontstaan.
Bart Malfait