Een huis om in te wonen
Welzijnszorg staat dit jaar terecht terug stil bij het recht op wonen. Wie deze zinvolle vierdewereldorganisatie van de kerkgemeenschap al een tijdje volgt, beseft dat er eigenlijk niets nieuws onder de zon is. Zovele medemensen rondom ons zijn ook nog in 2021 op zoek naar een betaalbare woning met toch minstens een beetje comfort. Welzijnszorg zal dus nog een tijdje moeten blijven bestaan …
Het ene huis is het andere niet
Zij die de mensen warm maken voor de campagne van Welzijnszorg, de priesters onder meer, hebben – op het vlak van huisvesting – meestal geen klagen. Ook je nieuwe pastoor niet. De voorbije zes jaar gewoond in de statige pastorie te Drongen (Gent). Met haar kleine en grote kwalen (onvermijdelijk als de woning 250 jaar oud is), maar vooral met haar charmes: statige vertrekken, een voor- en achtertuin om ‘u’ tegen te zeggen, om nog niet te spreken van het aanpalend bosje. Gelukkig met een wekelijkse omkadering van vrijwilligers die poetsen en de tuin onderhouden.
Nu in Beveren, helemaal anders: ‘slechts’ de eerste verdieping van een volledig gerenoveerd herenhuis. Maar een ‘luxe-appartement’. En dankzij de eigenaar (de kerkraad) zelf geen opfrissingswerk moeten verrichten. Wat een voorrrecht …
Geen schaamte maar solidariteit
Wat een tegenstelling met de situatie voor de mensen waarvoor we opkomen langs Welzijnszorg, of langs de goed uitgebouwde Welzijnsschakels ter plaatse. Moeten wij, de meeste lezers van dit artikel én ondergetekende, ons ‘beschaamd’ voelen omdat we vrij comfortabel wonen? Waarschijnlijk niet toch. Het kan immers niet de bedoeling zijn dat we met z’n allen, uit solidariteit, in een beschimmeld krot gaan wonen. Het moet omgekeerd zijn: op alle mogelijke manieren mogen we ernaar streven dat iedereen een menswaardig leven kan leiden, ook op vlak van huisvesting. Door de juiste politici te kiezen, die de juiste wetten stemmen. Door ons hart, en ja zelfs onze portemonnee, te openen voor zinvolle initiatieven die dichtbij de medemens in nood staan. Door zelf vriend te worden van iemand waarvan niemand vriend wil zijn.
De medemens herkennen in het Kind
Enkele weken terug wandelde ik, gelukkig met de hulp van Martine, van de Stationstraat naar de Grote Markt, in Beveren. Met een grote kerstboom, richting eerste verdieping van de pastorie. Ondertussen is hij versierd en brengt hij sfeer in de nieuwe woonst, waar het hoe dan ook wennen zal zijn de eerste weken en maanden. Aan de voet van de kerstboom: de klassieke kerststal. Straks, na de nachtmis, zal het kindje er plechtig in de kribbe gelegd worden. Wat een mooie traditie. Ook al mogen we daar niet (of juist wel?) te diep op ingaan. Omdat het ons verwijst naar de triestige omstandigheden waarin Jezus geboren werd en z’n eerste levensdagen doorbracht. Niemand van ons wil Hem toch op die manier navolgen … Natuurlijk niet. We willen Hem wel in onze armen nemen. Om Hem te verwarmen met onze lichaamswarmte. Om Hem lieve woordjes toe te spreken en te troosten. Om in Hem - da’s een grote stap verder, maar echt wel de bedoeling – de medemens te zien die op ons pad komt. De medemens die een woord van troost nodig heeft, de medemens die zit te wachten op een beetje warmte en nabijheid van ons. Is dat niet christen zijn op en top?
Het Kind verwarmt ons
Wie een kind in de armen neemt, om het te troosten en lief te hebben, weet heel goed dat de troost en liefde wederzijds is. Het kind is je zingeving, je toekomst, je geluk. Hét Kind van kerstmis is voor een christen de weg, de waarheid en het leven. Dé manier om het zelf warm te krijgen, om de weg naar de medemens te vinden, om de wereld mooier te maken. Jezus wil voor ons één en al Blijde Boodschap zijn. Goed nieuws. En het nieuws is dat er redding mogelijk is, ook voor ons. Bevrijding van zoveel dat ons gevangen houdt en ongelukkig maakt. Wat moeten we daarvoor ‘doen’? Echt niet veel. Het Kind in onze armen nemen, en met het Kind de medemens rondom ons. Nabij zijn en ondertussen zelf troost en warmte ontvangen. Om ervan te genieten, met volle teugen. Vrees dus niet, zegt de engel terecht.
Parochie De Blijde Boodschap
Medechristenen, moge de schreeuw en de lach van het Kind weerklinken in onze harten, in onze huizen, in onze gemeenschappen, in onze Parochie in Beveren-Zwijndrecht. Moge onze parochie blijven en meer en meer worden: een parochie van de Blijde Boodschap. Help je me de weg te vinden in die grote parochie? De weg naar al die plekken waar de Blijde Boodschap reeds weerklinkt. Help je me in m’n zoektocht om zelf christen te zijn? Zeg het me hoe ik jou persoonlijk en ‘onze’ parochie de komende jaren een beetje van dienst kan zijn. En dankjewel voor het warm onthaal tijdens m’n aanstelling. Dat deed deugd.
Zalige hoogdag!
Pastoor Patrick
patrickdebaets@gmail.com