De Goede Week begon op Palmzondag. Na elke mis werd de gewijde palm uitgedeeld, een takje om thuis aan te brengen, als teken dat wij de Heer ook in ons leven willen binnenlaten, dat Hij ook onze gids is bij alles wat wij ondernemen. De vieringen van de Goede Week openden onze ogen voor allen die vandaag een kruis te dragen hebben, dat ook voor hen het licht moge dagen. Ze brachten ons ook bij hen die Gods naam: “Ik zal er zijn”, vertalen in daden van solidariteit en trouw. Het was een week van stille inkeer, waarin wij het lijden en sterven van onze Heer Jezus mochten gedenken: de uiterste consequentie van “ik zal er zijn voor u”. Die week herinnerde ons aan Jezus’ liefde tot op het kruis, en dat het daarbij niet eindigde. Hij is verrezen, Hij leeft! We mochten dit ervaren op Witte Donderdag in de viering van de dienstbaarheid, op Goede Vrijdag in zijn lijden en sterven, om op Paaszaterdag tijdens de Paaswake en tijdens de eucharistievieringen op Paasdag en Paasmaandag. Naast pastoor Rik en diaken Jos droegen de liturgische werkgroepen, de koren en vele andere medewerkers er zorg voor dat het telkens een zinvol en deugddoend gebeuren werd.