EEN LOKERSE ZUSTER IN OEKRAINE:
Zuster Elisabeth (Alice Poppe) en Zuster Tharcitia (Irma Maria Poppe), dochters van Alois Poppe en Eulalia Baetens
Ik kreeg van een Lokeraar, die Kerk en Leven aandachtig leest, een tip: zijn groottante had als kloosterzuster een gewaagd en zeer dienstvaardig leven geleid in Oekraïne, waar ze in 1970 overleed.
Na raadpleging van enkele documenten leek het mij noodzakelijk deze heldhaftige vrouw in beeld te brengen voor onze lezers. Het gaat over Alice Poppe die als zuster Marie-Elisabeth van de Congregatie van de Zusters van de H. Vincentius a Paulo van Deinze door het leven ging. Ze was in Lokeren geboren op 9 maart 1884, en trad in het klooster op 17 april 1906. En van bij de start van haar religieus leven trok ze naar Oekraïne, waar ze tot aan haar dood verbleef, onder zware leefomstandigheden.
De Congregatie noemt het nu nog steeds een parel aan de kroon: de stichting van de missie in Galicië, in Oekraïne, dat tot 1939 door Polen was bezet, later door Rusland, terwijl ondertussen ook Nazi-Duitsland er had geheerst.
In de periode na WO I heerste er grote armoede, er waren veel haveloze bedelaars op straat en circa 2.000 oorlogswezen. Vanuit de katholieke gemeenschap was er een grote vraag naar humanitaire hulp. De Congregatie van Deinze ging hier onmiddellijk op in. Oekraïense meisjes waren naar Deinze gekomen als kandidaat-zuster, en leerden aan de Vlaamse kandidaten de moeilijke taal van hun land aan.
Op 6 juni 1926 vertrok de eerste zending missiezusters naar Stanislaviv, op een 50 km van de Russische grens. Alice Poppe was er bij, samen met haar collega’s Ludovica Derinck (zuster Augustine) en Emma De Clercq (zuster Olga, eveneens uit Lokeren?), en nog 2 Oekraïense medezusters. Met hun vijven gingen ze de uitdaging aan. In het begin moesten ze zich beperken tot huisbezoeken bij de hulpbehoevenden. Maar toen een moeder stierf en twee kleine kinderen achterliet, nam zuster Olga de kleintjes mee als eerste weesjes van hun missie. Op drie jaar tijd groeide de instelling uit tot een opvang voor 200 weesjes. Er kwam een tweede huis, ditmaal in Lemberg, de hoofdstad van West-Oekraïne.
Zuster Elisabeth op de bovenste foto: vooraan links
Op de onderste foto: 3e rij – 5e van links.
Beide instellingen konden het hoofd boven water houden, dank zij de steun van het Moederhuis in Deinze. En in aansluiting met het weeshuis werd ook een school gebouwd, erkend door de plaatselijke regering. Zusters die in Lemberg verbleven konden zich ook verdienstelijk maken in het lokale ziekenhuis. Maar de schaduw van de naderende WO II dreef over de missie. Toen Duitsland Polen aanviel lag de missie in de vuurlinie. De Russen, die toen nog verbonden waren met de nazi’s, vielen aan in de rug. De huizen van de missie werden toevluchtsoorden voor vele vluchtelingen. Toen Polen verslagen was, mochten de Russen het Pools-Oekraïens gebied bezetten. Een anti-religieuze hetze was begonnen. Alle kruisbeelden moesten verdwijnen en de missie werd ontnomen aan de zusters, die op de vlucht moesten, en dikwijls in de anonimiteit moesten werken voor de armsten onder de bevolking. De zusters van Stanislaviv voegden zich samen met deze van Lemberg. In 1941 vielen de Duitsers de Russen aan en verdreven deze uit Galicië. Lemberg viel onder nazi-regime op 30 juni 1941. De zusters konden hun woningen opnieuw betrekken. Ze konden zich nu toespitsen op de kinderen die door het Russisch oorlogsgeweld hun ouders verloren hadden.
In 1944 keerden de kansen opnieuw. In maart rukten de Russische tanks binnen en alle huizen van de Congregatie werden door het nieuwe regime genaast. De Lokerse zuster Elisabeth was de enige overgebleven zuster-overste van de Congregatie van Deinze. Ze had kordaat geweigerd de missie in Oekraïne te verlaten. Ze zou, ondanks alle mogelijke tegenkanting van buiten uit, de band tussen de zusters kunnen bewaren en zo goed het maar kon hun humanitaire werkzaamheden verder zetten. Ze kon tewerk gesteld worden in hun door de Russen opgevorderd ziekenhuis, samen met enkele van haar medezusters.
Op 21 oktober 1952 wordt zuster Olga, Emma De Clercq, over de grens gezet. Ze kon Deinze bereiken waar ze een pijnlijk en ontroerend verhaal kan doen over de situatie van de in Oekraïne gebleven zusters. En het duurde tot 1967 eer vanuit het Moederklooster in Deinze een bezoek aan hun missie kon worden georganiseerd.
Op 10 december 1970 stierf de Vlaamse overste, zuster Elisabeth, Alice Poppe, in haar tweede thuisland, en dit na een slepende ziekte. In zeer moeilijke omstandigheden had ze met bewonderenswaardige moed haar taak er volbracht. En tot haar laatste dag wou ze tussen hen blijven wonen voor wie ze zolang had gezorgd. Ze werd begraven op het Janiw-kerkhof te Lviv, waar ze overste was.
Zuster Alice Poppe op haar sterfbed.
Ook zij mag, net als die Zusters van Liefde die we in K+L konden belichten, de titel dragen van ‘Sterke Madam’.
En als men in onze stad ooit nog eens naar een straatnaam zoekt waarin men een vrouw kan eren, … men moet niet al te lang zoeken, dunkt me.